Thema 15: Groenteboer en slager (NGT)

Beschrijving

Leer de Nederlandse Gebarentaal spreken (NGT)

Ga in deze cursus aan de slag met het leren van de gebarentaal. In deze online cursus leer je op een interactieve wijze met oefeningen en instructievideo’s NGT spreken. Deze cursus is geschikt voor iedereen, dus ook mensen die nooit eerder iets gedaan hebben met deze taal. Ben je dus een beginner of wil je jouw kennis even opfrissen? Dan is deze cursus echt wat voor jou. Je gaat de belangrijkste gebaren leren en leert korte gesprekken te voeren en te begrijpen.

Wat is de Nederlandse Gebarentaal?

Voor wie is deze cursus?

Deze gebarentaalcursus is voor beginners. Heb je dus nog nooit Nederlandse Gebarentaal (NGT) geleerd? Of wél, maar in een heel ver verleden? Of heb je niet veel tijd om een taal te leren? Gebruik dan deze cursus om eraan te beginnen. Je hoeft geen gebaren kennen, we beginnen namelijk vanaf de basis.

Wat gaan we leren?

In deze opleiding Nederlandse Gebarentaal (NGT) gaan we de basis leren. We beginnen daarom met hoe je jezelf kunt voorstellen. Daarna volgen familie, gezinssamenstelling en vrienden. Kleding en kleuren, dagen, maanden en seizoenen, en nog veel meer. Hier en daar wordt er ook wat grammatica behandeld, maar het belangrijkste is dat we de taal oefenen. Ook het afzien van de Nederlandse Gebarentaal komt aan bod. We sluiten af met een toets.

Hoe gaan we Nederlandse Gebarentaal leren?

Van het begin tot het einde van de cursus oefenen we in de Nederlandse Gebarentaal, niet in gesproken Nederlands. Klinkt dat moeilijk? Probeer dan eens de gratis video’s. Het klinkt namelijk veel moeilijker dan het in werkelijkheid is. Zo zal jouw Nederlandse Gebarentaal snel verbeteren en wordt de Nederlandse Gebarentaal les één en al oefening. Je leert in deze cursus van de experts van 1.2.Communicate!

Wat kun je na het volgen van deze cursus

 Beter Nederlandse Gebarentaal begrijpen.

 Veel Nederlandse gebaren gebruiken.

 Betere vaardigheden hebben.

 Jezelf voorstellen in de Nederlandse Gebarentaal.

 Werkwoorden kunnen vervoegen.

 Landen en nationaliteiten benoemen.

 Gevoelens en meningen uiten.

 Verschillende transportmiddelen gebruiken.

 Verschillende landen en steden gebaren gebruiken.

Elk thema hoofdstuk bevat:

 een kort verhaal in het NGT.

 vijftien voorbeeldzinnen in NGT.

 een opdracht: Gebaar in de NGT.

 het afzien van de NGT  (vragen en meerkeuzevragen).

 het doelvocabulaire.

de test.

Bij elke zin ziet u een filmpje waarop een presentator de zin voordoet in Nederlandse gebarentaal, dit kunt u nagebaren. Dit kunt u zo vaak herhalen als u wilt.

Bekijk hier de cursus Nederlands met Gebaren, als je meer wilt lezen over NmG.